De mythe van Atlas en Herakles gaat over een van de twaalf werken van Herakles. Hierbij moet Herakles gouden appels uit de boom van de Hesperiden stelen. Hiervoor vraagt hij of Atlas, die de vader van de Hesperiden is, de appels kon stelen en in ruil daarvoor zou hij een tijdje het hemelgewelf dragen. Atlas stemde in en stal de appels. Bij terugkomst wilde hij het hemelgewelf niet meer van Herakles terugnemen. Herakles vroeg echter of hij hem dan tijdelijk vast kon houden, zodat hij een doek op zijn schouders kon leggen om het gewicht beter te kunnen dragen. Toen Atlas het hemelgewelf weer terug overnam, liep Herakles weg...

In deze mythe overwint Atlas de natuur door Herakles te helpen. Hij is zelfs zo behulpzaam dat hij Herakles helpt met iets waardoor hij in de problemen kan komen.

De natuur overwint hem doordat hij teveel vertrouwen heeft in de medemens. Hij vertrouwt het feit dat Herakles het hemelgewelf weer terug overneemt, nadat hij een doek op zijn schouders heeft gelegd. Dit doet hij echter niet en nu moet Atlas het hemelgewelf zelf weer dragen.