Orpheus was een zanger die de kunst van de goden had geleerd. Alles en iedereen kon hij met zijn zang betoveren. Op een dag ontmoette hij Euridike. Ze was bloedmooi en jong. ze werden verliefd op elkaar en willen trouwen. Maar op de dag dat ze zouden trouwen komt uit het gras en geeft Euridike een dodelijke beet. Orpheus is ontroostbaar en gaat naar de onderwereld waar hij de heersers vraagt haar terug tot leven te wekken. de goden staan hem toe Euridike mee te nemen, op voorwaarde dat hij niet naar haar omkijkt tot ze terug zijn in de bovenwereld. Euridike volgt hem en hij weet zich te beheersen. Ze praten met elkaar en hebben het gezellig, maar hoe dichter ze bij de bovenwereld komen, hoe stiller Euridike wordt. Op een gegeven moment wordt Orpheus zo bang en wantrouwig dat ze er niet meer is dat hij zich omdraait. Euridike was er nog maar vervaagt direct op het moment dat hij omdraait. Ze verglijdt terug in de onderwereld maar nu voorgoed.

In dit verhaal is de Griekse mythologie ook aanwezig. Orpheus overwint de natuur doordat hij in staat is iemand terug tot leven te wekken en er alles voor over heeft om haar terug te krijgen. En hij vertrouwt zijn geliefde blindelings. Helaas overwint de natuur hem ook. Hij wordt wantrouwig omdat hij haar niet meer hoort en draait zich om. Als het vertrouwen in een relatie is aangetast staat de relatie op het spel, de liefde is dan in gevaar. Daarom is Euridike voorgoed weg.

dit verhaal leert ons ook dat de liefde evensterk is als de dood, niet sterker of zwakker. Ook kunnen wij een ander op onvoorwaardelijke manier liefhebben, maar wij zullen ook daar angst en onzekerheid bezocht worden. Dan hebben mensen lief.